Beleidsprogramma energie: ambitie versus realisme

Afgelopen periode hebben we in de raad het beleidsprogramma Energie behandeld. Hierin geeft het College invulling aan hoe de energietransitie op lokaal niveau vorm moet krijgen tot en met 2030. 

Netcongestie, de afhankelijkheid van Rusland of het Midden-Oosten laat de noodzaak zien dat er grote opgaven zijn op het gebied van (duurzame) energie. Als VVD hebben we de opvatting dat energie zoveel mogelijk regionaal moet worden opgewekt volgens de principes: wind op zee en zon op dak en land. Verduurzaming moet effectief en realistisch zijn, en niet een papieren tijger. Daarom kiezen we als VVD voor realistisch beleid, met als einddoel een sterke, schone en weerbare economie en een sterk energiesysteem. 

 

De visie van VVD Leeuwarden is een andere visie dan het College. Zo wil het College een hogere CO2 reductie dan door Den Haag is opgenomen in het klimaatakkoord en wil het College voor 2030 100 megawatt aan opwek uit windmolens (terwijl de huidige opwek nog geen 3 megawatt is). Daarom hebben we een tweetal amendementen ingediend:

  1. Gezond realisme – lokale klimaatdoelstellingen zijn niet strenger dan landelijke doelstellingen: dit amendement heeft als doel om de lokale klimaatdoelstelling gelijk te stellen aan de doelstelling uit het klimaatakkoord. We gaan lokaal, als het aan de VVD ligt, geen regels optoppen. 
  2. Tegenwind – Voor een gezonde energiemix: grootschalige windmolens horen niet thuis in onze gemeente. Dit amendement heeft als doel om wind vooral op te wekken op zee, en op land in te zetten op andere energiebronnen, zoals zon, biomassa en geothermie. 

Beide amendementen konden helaas niet rekenen op een meerderheid. Dat maakt dat we als VVD niet hebben kunnen instemmen met het nieuwe beleid. 

Woordvoerder - Geu Luik